Het gebeurt nog maar zelden dat ik vroeg in het jaar neerstrijk aan de oevers van een voor mezelf nog onbekend water. Dat heeft het voordeel dat je vlotjes teert op de in het verleden opgedane kennis van jezelf en je college-karpervissers. Kennis is macht! Je kent de ins en outs van het biotoop, de atmosferische en metereologische invloeden op de plas en haar vissen, en dan kun je dus meteen erg gericht je plan van aanpak opmaken.
Verschillen in stekken
Heel vroeg in het jaar is het goed om verschillende dieptes af te tasten. De natuur reageert op haar eigen tempo op seizoenswissels, dus het is niet omdat je als mens geniet van de eerste warme zonnestralen in februari of maart of moet schuilen voor onstuimig lente-weer, dat het onderwaterleven daar ook meteen op reageert zoals jij dat op dat moment inschat. Wat dat betreft is het in het voorjaar echt zoeken en aftasten. Neemt niet weg dat die plekken of zones waar de watertemperatuur aan de start van de lente net dat tikkeltje sneller hoger komt te liggen (lees: ondieptes, zonkanten, luwtes), mijn gezonde interesse wekken. En één van die voordelen van het lengen van dagen en het intenser worden van zonnestralen, is dat je met wat inspanning de karpers meer dan eens kan spotten.
“En één van die voordelen van het lengen van dagen en het intenser worden van zonnestralen, is dat je met wat inspanning de karpers meer dan eens kan spotten.”
Dáár moet je zijn! Ondieper vissen in het voorjaar is een goede leidraad om mee van start te gaan. De lente is dan ook de tijd dat de natuur weer ontwaakt uit haar winterslaap en de karper als koudbloedig dier reageert daarop instictief. Het is ook gedurende die paar maanden dat lichtintensiteit van belang kan zijn. Een wet van Meden en Perzen is dat echter niet.
Hengeldruk, conditionering: ook die zaken spelen mee. En eigenlijk vang ik ze het jaar rond van erg diep tot erg ondiep en alles daartussen. Trial and error, ervaren, analyseren en vervolgens je tactiek bijsturen om het maximale uit je vistijd te halen: dat is nog steeds mijn adagium.
(G)een planning
Liefst van al vis ik keihard in het voor- en najaar, en in de zomer eerder sporadisch. Juni en juli zijn meestal twee maanden dat ik weinig of niet aan vissen toekom, en om een of andere reden trekt die zomer me ook niet echt. De winter heb ik dan weer – sinds die coronalockdowns die een zee van tijd gaven – echt met hart en ziel omarmt.
“Liefst van al vis ik keihard in het voor- en najaar, en in de zomer eerder sporadisch.”
Heerlijk seizoen, met daar kort opvolgend dat mooie vroege voorjaar. Echt plannen lukt sinds enkele jaren helaas niet meer. Gezin en werk zijn erg belangrijk. En door de recente combinatie van wethouder in Kinrooi en kabinetsmedewerker van minister Brouns is tijd nog een schaarser goed geworden. Gelukkig krijg ik thuis alle vrijheid, in de mate van het mogelijke. Mijn vrouw heeft nooit anders geweten dan dat ik veel weg ben thuis. 😉
Voorjaar en voer
Het schaakspel dat we spelen met Moeder Natuur en haar karpers, heeft enkele wetmatigheden en vele variabelen. Enig inzicht in de biologie van het dier, de invloeden van de omgeving op vissen en idealiter de samenstelling van de populaties en biomassa, is dan ook een absolute must. Daarop pas je niet alleen je tactiek maar ook je voerhoeveelheden en de samenstelling van hetgeen je voert aan. En dan inschatten wat de concurrentie doet, daarop inspelen en in het beste geval info delen en maat houden met z’n allen. De winter en het voorjaar zijn geen momenten om kwistig te strooien.
“De winter en het voorjaar zijn geen momenten om kwistig te strooien.”
Beter te weinig dan teveel. Een vis die niet hongerig of gretig is door een overvloed aanbod, laat zich veel moeilijker verschalken. Dan komt aaskwaliteit helemaal tot zijn recht! Met name readymades (en de gebruikte bewaarmiddelen en hun hoeveelheid) hebben ontegensprekelijk een quantumsprong voorwaarts gemaakt. Hoewel ik altijd graag met freezerbaits viste, ben ook ik sinds 2022 toch enthousiast aan de slag gegaan met readymades. Zeker nu ik weet wat er in die boilies zit en wie in de Inpax-keuken staat! Vertrouwen in kunde en geloof in recepturen zijn cruciale factoren. Partikels zoals hennep, maïs en tijgernoten laat ik ook zeker niet links liggen.
“Partikels zoals hennep, maïs en tijgernoten laat ik ook zeker niet links liggen.”
Op de juiste tijdstippen en op de juiste waters kan je hiermee enorm brokken maken. Daar dan op vissen met plastic maïsjes en/of maden… Reken maar dat ‘t werkt! En ‘s winters en vroege voorjaar; maden, casters en geflavourde maïs. Zeg dat ik het gezegd heb! 😉
“Don’t forget to smell the flowers along the way!“
Mark Hoedemakers
Reageer